Weert en omgeving

Introductie Natuur in Weert en omgeving.
Op onderstaande tabel zie je een overzicht van de door mij bezochte natuurgebieden. Deze kun je aanklikken.
Woorden in de berichten die rood gekleurd zijn, verwijzen naar een onderwerp. Als je daar op klikt kom je in dat bericht terecht. Door links bovenaan het scherm op het pijltje te klikken, ga je weer terug naar het vorige bericht.

"De huidige gemeente Weert en omgeving was in oude tijden voor ¾ omringd door woeste gronden, plassen en moerasgebieden. Het "eiland van Weert" kon toen ook alleen maar bereikt worden via hoger gelegen zandruggen (een overblijfsel uit de ijstijd), die in de moerassige gebieden lagen." (Bron: Stan Smeets, in "Andermaal Altweert").
Volledige tekst >>

Select language

Volgers


Posts tonen met het label Clootsmolen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Clootsmolen. Alle posts tonen

dinsdag 20 november 2012

Abeek

De 53 km lange Abeek, die ontspringt op het Kempens Plateau in het Belgische Wijshagen (Meeuwen-Gruitrode) en in Ophoven in de Maas uitmondt, is één van de levensaders van het grensoverschrijdend landschap Kempen-Broek.

De geschiedenis van de beek is bepaald door geologische- natuurlijke-, maar vooral menselijke factoren. Ik denk bij dit laatste bijvoorbeeld aan de aanleg van bypasses en het opstuwen van het water voor de vele molens die er oorspronkelijk lagen, de gevolgen van de beek door de gegraven Weerter-/Bocholterbeek in de 13e eeuw, de ontwatering van moerassen, de aanleg van de Lossing en het rechttrekken (kanalisatie) om zo een snellere afvoer van water te bewerkstelligen.

De Abeek slingerde zich voorheen met een stelsel van geulen en een aantal andere beken een weg door onder andere het uitgestrekte moerasgebied de Luysen en was er plaatselijk meer dan een kilometer breed. De “Amazone in het klein” werd er dan ook tegen gezegd. De Abeek is daar voor een deel de natuurlijke grens met Nederland.

Door de aanwezigheid van de vele watermolens langs de loop van de Abeek (ooit waren het er 26), wordt de beek ook wel Molenbeek genoemd. In Stramproy (gemeente Weert) vind je in het Stramprooierbroek onder andere nog de Broekmolen. De beek is ook van groot belang voor de ontwikkelingen in het Stramprooierbroek. In mijn post: "de grens is maar een streep" vertel ik hier meer over. Ook in mijn posts over het Grootbroek,  de Luysmolen en de Clootsmolen komt de Abeek aan de orde.


Hoewel de midden- en benedenloop van de Abeek sterk door de mens is beïnvloed, behoort de beek nog altijd tot één van de betere beken.
In Molenbeersel, bij natuurgebied de Zig stroomde oorspronkelijk de gegraven Lossing via de zogenaamde Zigduiker onder de beek door naar Ophoven. In 1969 zijn daar beide waterlopen verlegd en stroomde de Lossing door de oorspronkelijke Abeek bedding naar de Maas bij Neer en de Abeek stroomde verder door de gegraven Lossing naar Ophoven. Er zijn plannen dit ongedaan te maken en de Abeek weer door het oorspronkelijke stroomgebied te laten stromen.

De waterkwaliteit, de unieke flora en fauna in de beek zijn van een hoog niveau. In de zomer krioelt het momenteel weer letterlijk van het leven in -, boven -  en langs de beek. Zo is onder andere de bever sinds enkele jaren via de Abeek spontaan naar Kempen-Broek teruggekeerd en voelt zich, naar ik gehoord heb, bijzonder goed thuis in het Stramprooierbroek en de Luysen. Ook wordt er, om er een paar te noemen, de boomkikker, de kraanvogel, verschillende salamandersoorten en de wespendief aangetroffen. Doordat de waterkwaliteit goed is en er o.a. vismigratietrappen zijn geplaatst, zijn er weer talloze (zeldzame) vissoorten zoals de serpeling en kwabaal aangetroffen.

maandag 19 november 2012

Clootsmolen

Een beek die van oudsher grote aantrekkingskracht heeft uitgeoefend, was de Abeek.
Zij ontspringt op het Kempens plateau te Wijshagen-Meeuwen en vloeit via Gerdingen, Reppel, Beek en Bocholt in noordoostelijke richting, waar zij bij het Nederlandse Neer in de Maas uitmondt.
“De Abeek was vroeger een Levensader van beide Limburgen”. Aan deze beek lagen bijvoorbeeld liefst 16 molens. Het gebied maakt deel uit van het grensoverschrijdende Kempen-Broek.

De Clootsmolen (ook wel Neermolen genoemd) was een banmolen of dwangmolen. Ze ligt aan Watermolenweg 1 in Kreyel (gemeente Bocholt). Kreyel komt van Craeye lo, wat kraaienbos betekent.
De naburige boeren moesten daar op last van de plaatselijke heer van Bocholt (tevens graaf van Horne) sinds 1465 het graan laten malen. Het doel van deze molendwang was een deel, bijvoorbeeld een tiende, van (de waarde van) het graan als belasting te kunnen innen. De boeren betwistten dit vanaf het begin, maar pas in de Franse tijd kwam er een einde aan deze feodale regeling.

Clootsmolen of Neermolen, voordat de A-beek werd rechtgetrokken  (+ 1960)
Het is me niet helemaal duidelijk of de naam Clootsmolen is afgeleid van: molen van Cloot (zónder s), óf de molen van Cloots (mét s). Cloot is een niet meer voorkomende voornaam, die is afgeleid van het Oud-Germaanse of Frankische Chlodio. (vergelijk met de Franse voornaam Claude).
Veel achternamen zijn afgeleid van de voornaam van de voorouder. Denk bijvoorbeeld aan Barendsz, in de betekenis van: zoon van Barend. Dat was ook zo met namen als Roelofsz, Petersz, Adriaansz en Jacobsz. Oorspronkelijk dus met een z in de betekenis van zoon, maar in de loop der tijd werd de z weggelaten, zodat alleen de 2e naamval is overgebleven, dus Barends, Roelofs, etc. Dit noemt men een patroniem.

Ik denk dat Clootsmolen niet verwijst naar de oorspronkelijke voornaam Cloot (de molen van Claude), maar naar de achternaam Cloots. De molen dus van Cloots (mét s). Een klein verschil, maar toch……

De molen is een zogenaamde onderslagmolen. Bij onderslagmolens stroomt het water onder het rad door. Dit type molen komt vooral voor op de wat grotere beken/kleinere rivieren en is typisch voor waterlopen met een klein verval. In de loop van de 19e eeuw is de molen voorzien van een bakstenen gebouw. Het molenhuis in haar huidige vorm dateert uit begin 20e eeuw. Later werd de beek omgelegd, en kwam de molen aan een kleine zijstroom te liggen, maar ze ontving nog voldoende water om af en toe te kunnen draaien. Nadat de beek echter in de beginjaren '60 van de vorige eeuw werd rechtgetrokken, betekende dat definitief het einde voor de molen. Het molenwerk is echter nog aanwezig en de molen is is in feite nog (hoewel beperkt) maalvaardig.

De stuw aan de Clootsmolen is vervangen door een vistrap: alle vissoorten kunnen nu het hoogteverschil van anderhalve meter in kleinere trapjes nemen. Het ligt in de bedoeling om de beek weer in haar oorspronkelijke bedding te leggen, zodat de molen weer aan de beek komt te staan. Hopelijk dat het gauw gebeurt, want de eerste tekenen van verval zijn al duidelijk zichtbaar.
Er is tegenwoordig een bed & breakfast en de molen is enkel op aanvraag te bezoeken.



Grotere kaart weergeven

Blogarchief