Weert en omgeving

Introductie Natuur in Weert en omgeving.
Op onderstaande tabel zie je een overzicht van de door mij bezochte natuurgebieden. Deze kun je aanklikken.
Woorden in de berichten die rood gekleurd zijn, verwijzen naar een onderwerp. Als je daar op klikt kom je in dat bericht terecht. Door links bovenaan het scherm op het pijltje te klikken, ga je weer terug naar het vorige bericht.

"De huidige gemeente Weert en omgeving was in oude tijden voor ¾ omringd door woeste gronden, plassen en moerasgebieden. Het "eiland van Weert" kon toen ook alleen maar bereikt worden via hoger gelegen zandruggen (een overblijfsel uit de ijstijd), die in de moerassige gebieden lagen." (Bron: Stan Smeets, in "Andermaal Altweert").
Volledige tekst >>

Select language

Volgers


Posts tonen met het label tonderzwam. Alle posts tonen
Posts tonen met het label tonderzwam. Alle posts tonen

zondag 15 november 2015

Herfst 2015.......Paddenstoelentijd deel 5: Van alles wat

In "Paddenstoelentijd deel 4" beloofde ik jullie meer foto's van paddenstoelen. Hoewel ik er normaal een toelichting bij zet, blijft die deze keer achterwege. Deze blog en de volgende, wordt het dus plaatjes kijken.

In de loop van deze week zal ik nog een keer een serie van 10 plaatsen. De laatste voor dit jaar.
Ik hoop voor nu, dat je er weer van kunt genieten.

elfenbankje

rode zwavelkop

echte tonderzwam

wijdporiekurkzwam

populierenmelkzwam

gewone beurszwam

zwavelzwam

zilvergrijze amaniet

dooiergele mestzwam

schubbige bundelzwam

zaterdag 7 november 2015

Herfst 2015.......Paddenstoelentijd deel 3

In juni van dit jaar maakte ik tijdens een wandeling in het Wijffelterbroek, kennis met de Slobkousjes; een werkgroep van het Belgische Natuurpunt N.-Limburg. Over die naam zeggen ze op hun site het volgende: "Al vanaf het begin was er aandacht voor de samenhang in de natuur. Het enthousiasme was altijd groot als men in het veld kon vaststellen, hoe de grote wederik door de slobkousbij wordt bestoven. Het was dan ook niet moeilijk om deze schattige bij met haar, met stuifmeel, dik beladen pootjes tot mascotte te promoveren".

Dit groepje natuurliefhebbers maakt wekelijks wandelingen, waarbij ze (al naar gelang het seizoen), op zoek gaan naar planten, paddenstoelen en mossen. Hoofddoel is genieten van al het moois dat de natuur biedt.
Sinds die kennismaking krijg ik ook hun nieuwsbrief. In hun laatste Nieuwsbrief werd gemeld dat er een wandeling zou zijn in Domeinbos Lozerheide (B.) Een uitgelezen kans om daar aan deel te nemen.

 
We hebben daar 's morgens ongeveer 2 1/2 uur gelopen en afgaande op de Nieuwsbrief die ik inmiddels heb ontvangen, zijn er totaal 43 gevonden! Daarvan heb ik 32 soorten aan mijn collectie toegevoegd, waaronder enkele heel bijzondere. Dat geldt onder andere voor deze tonderzwam.
Het herkennen van de tonderzwam was geen probleem, maar het zwarte goedje was totaal onbekend voor mij. Voor de Slobkousjes was dat echter meteen duidelijk: het is de myceliale kern. Deze myceliale kern is aan de achterkant vergroeid met de boom waarop hij zit!!!!!!! In dit geval heel opvallend en ik had het nooit eerder zo gezien...... De echte tonderzwam heeft ook een dubbelganger, namelijk de Echte vuurzwam of Phellinus igniarius. De bovenzijde van deze zwam is concentrisch gegroefd-geribd, glad, gebarsten, roestbruin tot grijszwart of zwart.

Uiteindelijk is het nog niet duidelijk voor mij en ik heb er op het internet ook niets over kunnen vinden. Misschien als een Slobkousje deze blog leest, dat die dat wat nader zou kunnen toelichten.

Dit zijn geen klodders scheerschuim o.i.d. maar het eindstadium van een slijmzwam, die boompuist wordt genoemd. Deze soort kun je vergelijken met de heksenboter bij een vorige blog over paddenstoelen.
Zo’n slijmzwam is géén paddenstoel, maar bestaat uit microscopisch kleine eencellige organismen die samensmelten en uitgroeien tot een kolonie (plasmodium). Slijmzwammen leven het meest in of op rottend hout en andere dode plantendelen. Het plasmodium doet hier verder niets mee, want het voedt zich al kruipend met bacteriën, schimmelsporen en schimmeldraden. Vergelijk het met wat een amoebe doet.

Eerst is de boompuist zacht en wit, daarna krijgt het een aluminiumkleurig vel en verandert de inhoud in roodbruine sporen. De rijpe sporen komen vrij als de huid openbarst en kiemen bij een bepaalde vochtigheids- en zuurgraad en omgevingstemperatuur.

De bovenkant van deze vruchtlichaampjes is donzig wit. Het is het Waaiertje, een in Nederland en België algemene zwam. Het Waaiertje behoort tot de groep van zwammetjes die op dood hout groeien, voornamelijk op liggende dikke takken of stammen van loofhout, soms ook van naaldbomen. Je kunt ze het hele jaar door aantreffen.

Dakpansgewijs in grote groepen groeiend, kunnen ze grote houtvlakken begroeien. De tot 3 cm. grote leerachtige, maar zachte vruchtlichaampjes zijn bekleed met een licht grijzig wit en viltig uitziend dons. Ze hebben de vorm van een oorschelp, of een waaiertje met gelobde rand.

Ook de onderkant vond ik interessant om te zien. De lamellen zijn bleek vleeskleurig tot violetgrijs. Ze zijn overlangs gespleten met een rand die naar binnen krult wanneer het vochtig is.Het waaiertje is oneetbaar, maar het bewijst wel op een andere manier zijn nut. De zwam wordt namelijk speciaal gekweekt omwille van het medicinale bestanddeel Schizophyllan. Dat is een middel dat o.a. wordt gebruikt in de behandeling van baarmoederhalskanker.

Uiteraard ga ik niet al de 32 soorten laten zien. In een volgende blog komen er echter nog een aantal in beeld. Maar toch wil ik tot slot nog één soort laten zien, waar zelfs de Slobkousjes even geen raad mee wisten.
Pas na determinatie, overleg met andere kenners en microscopische kenmerken, kwamen ze er later achter wat het is: het luchtmycelium of ozonium van de grote viltinktzwam.

Nu wist ik natuurlijk nog steeds niets. Daarom maar het internet geraadpleegd.
Het schijnt dat een drietal Viltinktzwammen, waaronder de Grote viltinktzwam, een wel heel bijzondere groeiwijze heeft; terwijl het mycelium (de schimmeldraden = de eigenlijke plant) normaal ondergronds groeit, gebeurt dat bij de Grote Viltzwam soms bovengronds in de vorm van roestbruine harige plukjes mat......Dit wordt het luchtmycelium of ozonium genoemd. Ik kwam ook de naam hyfenmat nog tegen.

Hierop verschijnen na verloop van tijd de vruchtlichamen of paddenstoelen. Het luchtmycelium vormt zo sporen die blijkbaar beter bestand zijn tegen verslechterde omstandigheden en die na verspreiding weer kunnen ontkiemen op plekken waar voldoende voedsel is.
Toch knap dat de Slobkousjes dit wisten uit te zoeken. Geeft toch wel de mate van deskundigheid aan.

Zoals gezegd zal ik in Herfst 2015.......Paddenstoelentijd deel 4,  nog een aantal andere paddenstoelen laten zien, die we op de Lozerheide vonden.

woensdag 21 januari 2015

Paddenstoelen in de winter

Paddenstoelen hebben niet perse de herfst nodig om te groeien en je vindt ze dan ook in de zomer en de lente. Maar ook in de winter zijn er paddenstoelen die niet opgeven. Meerdere soorten zoals trilzwammen, korstzwammen en boleten zijn goed bestand tegen de vorst. Ook houtzwammen (Polyporaceae) zoals elfenbankjes en tonderzwammen overleven de vorst met gemak.

Je kunt dus het hele jaar genieten. Ik plaatste vorig jaar al een blog over trilzwammen zoals judasoor en gele trilzwam. Ook dit jaar trof ik o.a. in de Moeselpeel verschillende mooie exemplaren van de gele trilzwam aan. Wil je wat meer over trilzwammen weten, klik dan even op de link.

 
Deze taaie rakker wordt Winterhoutzwam (Polyporus brumalis) genoemd, omdat ie zich vaak in de wintermaanden laat zien. Hoewel er overlap is, verschijnt deze zwam toch hoofdzakelijk pas vanaf november tot april. Hij overleeft dus een hele winter. Het is een eenjarige paddenstoel met een grijs- tot rood- of donkerbruine platte of ingedeukte hoed. Vaak met golvende rand. Het oppervlak is fijn viltig en bezet met heel fijne haartjes. Het is een saprofiet. De zwam komt dus voor op dode takken, stammen en stronken van voornamelijk loofbomen als berk, els, eik en beuk. Je vindt ze zelden op naaldbomen in elk geval.

De Winterhoutzwam heeft geen lamellen, maar buisjes. Deze zijn 2-4 mm lang en lopen iets af op de steel. Ze zijn crémewit tot okerkleurig. De poriën zijn rond of hoekig tot langgerekt, met dezelfde kleur als de buisjes. Er zitten 2-3 poriën per mm. De steel is 1-7cm x 2-8 mm groot, fijn viltig-schubbig, bruin tot grijsbruin. Het vlees is leerachtig, taai en wittig. De soort is dan ook niet eetbaar.

Een zwam die ook niet "warm of koud" wordt van de winter, is de Echte tonderzwam. Deze groeit op dode of halfdode bomen, waarbij berken de voorkeur genieten. Afhankelijk van hun gastheer, kunnen ze tientallen jaren oud worden. Een voorbeeld daarvan zie je hierboven. Omdat ze zo langzaam groeien, is verwijdering ervan niet gemakkelijk. Aangezien dode en zwakke bomen meestal niet meer opgeruimd worden, gaat het weer goed met de tonderzwam. Hoewel.......
In augustus 2013 werd aangifte van diefstal op de Veluwe gedaan van ongeveer 150 tonderzwammen, die met een bijl of zaag verwijderd waren. Men vermoedt dat m.n. Aziatische zwammenrovers er medicijnen (of drugs) mee maken. Hopelijk zijn dit incidenten.
Deze zwam werd in het verleden gebruikt voor het maken van vuur. De tondel, dit waren plukjes van het gedroogde zachte binnenste, werd samen met een vuursteentje in een tondeldoos meegenomen. Met de vonken die ontstonden door met een metalen ring (het "vuurslag") tegen het vuursteentje te slaan, werd de tondel aangestoken, waarna met de smeulende tondel een houtvuur kon worden aangelegd door te blazen tot je een vlammetje kreeg. Uiteraard vergde dit de nodige behendigheid. Toen de in 1844 door een Zweed uitgevonden lucifer, begin 20e eeuw gemeengoed werd, betekende dat het einde van de tondel. Hoe je een goede tondel maakt, kun je HIER lezen.

 
Ik vond deze peervormige stuifzwammen in de Moeselpeel en zoals je ziet, groeit deze zwam in groepen op vermolmde stronken en houtresten in loofbossen. In Nederland is het een algemeen voorkomende soort.
Bij het verouderen slijt het buitenste laagje af zodat een bleek en stevig laagje (net een velletje papier)over blijft ter bescherming. Tijdens het rijpen ontstaat een gaatje midden de hoed waarlangs de sporen naar buiten stuiven als er iets op valt. Een regendruppel is al voldoende. Je kunt deze zwam zelfs na de winter nog zo aantreffen.

De peervormige stuifzwam is 1-6 cm hoog en heeft de vorm van een omgekeerde peer. Jonge exemplaren zijn vuil wittig en soms bezet met fijne, donkere wratjes. Oudere exemplaren zijn, zoals je bij de vorige foto's kon zien, kaal en olijfbruin.

Deze oesterzwammen zijn ook echte "winterzwammen". De kleur varieert van beigegrijs, grijslila, blauwgrijs of bruingrijs. Naarmate ze ouder worden verbleken de kleuren en oude exemplaren zijn vaak donkerbruin.
Ze behoren tot de groep paddenstoelen die lichte vorst weten te weerstaan, doordat zij een soort antivries aanmaken. Mochten ze in de winter uitdrogen, dan kunnen ze dat toch een tijdje uitzingen en zwellen in de regen weer op.

 
In de vrije natuur komt de Gewone oesterzwam (Pleurotus ostreatus) voor in bundels op verzwakte bomen (m.n. bij stamwonden) en op oude stronken van loofbomen. Vooral op beuken, populieren en wilgen. Ze verschijnen pas laat in het jaar en je kunt ze tot eind januari vinden, als het tenminste niet té hard vriest. Meer weten over de Gewone oesterzwam?  Klik dan HIER op.

Oranje oesterzwam
Een bijzondere oesterzwam die ik vond op de Houtsberg in Nederweert-Eind, is de Oranje oesterzwam. Deze is pas in  2007 voor het eerst in ons land waar genomen. In tegenstelling tot de andere oesterzwammen is deze soort niet eetbaar. Meer over deze soort kun je HIER lezen.

De Oranje aderzwam is een opruimer van dood hout. Vaak te zien op dode takken die nog aan de boom hangen, maar ook op dode, (deels) ontschorste stammen. De zwam heeft een voorkeur voor eik, maar wordt ook op beuk of berk gevonden. Het is een plaatjesloze vlieszwam die niet in de vorm van een paddenstoel met een hoed en een steel en met plaatjes of buisjes verschijnt, maar met een korstvormig vruchtlichaam.

Hij is aan de randen helder oranjegeel tot oranjerood, daarbinnen veelal grijzig of met een paarsige tint.

Doordat verscheidene plakkaten aan elkaar groeien, kan hij gemakkelijk dertig centimeter breed worden.
De rand is gewimperd en het geheel is gegroefd. Dikwijls hebben de plakkaten vrije randen.

Deze vond ik in het elzen/berkenbos op de Kettingdijk. Een inktzwam, dat was duidelijk, maar welke?
Bij mijn zoektocht kwam ik wel 25 soorten tegen. Het probleem is vaak, dat als je in een paddenstoelengids of op internet gaat zoeken, je allerlei kenmerken ziet,die je weer niet ziet bij jouw paddenstoel.

Hoewel ik vermoedde dat het de kastanje-inktzwam was, heeft Helma er mij op geattendeerd, dat het de gewone glimmerinktzwam is. Ik had het kunnen weten, want je ziet vooral op deze close-up de kenmerkende ietwat glimmende spikkeltjes op de hoed, waar ie zijn naam aan dankt. Dat zijn de resten van het omhulsel (velum), die door de regen meestal al snel worden weggespoeld.
Het is een veelvoorkomende inktzwam, met een voorkeur voor vochtige plaatsen en groeiend op dood hout van allerlei verschillende loofbomen. Vaak staan de bundels op stronken en bij vochtig liggend dood hout. Hoewel ze op de Kettingdijk ogenschijnlijk gewoon op de grond stonden, groeien ze hier op “begraven” hout.

Het is één van de eerste soorten, die al in het voorjaar vooral na een regenperiode te vinden is. Ze zijn in alle seizoenen te vinden, maar de meeste kans om ze aan te treffen is van mei tot begin december.
Dat ik ze hartje winter (!) al aantref, geeft toch aan hoe extreem zacht deze winter is. 

Scherpe schelpzwam

Fluweelpootje

Tot slot wil ik je nog wijzen op twee andere overwinteraars: de Scherpe schelpzwam en het Gewoon Fluweelpootje.
Vooral het Gewoon Fluweelpootje is een  volhouder zoals je op de foto kunt zien. Verderop in mijn blog, vind je meer informatie over deze twee, dus ik wil het hier alleen vermelden. Wil je wat meer over deze 2 weten, dan moet je even op de rood gekleurde naam klikken.

Heb ik je interesse gewekt? Kijk dan eens naar mijn andere posts over paddenstoelen.door HIER op te klikken. Daar zul je nog meer van deze taaie rakkers tussen vinden...................

donderdag 24 oktober 2013

Herfst 2013…….. Paddenstoelentijd: van alles wat

Sinds 1989 werd in Nederland in oktober niet meer zo'n hoge temperatuur gemeten als afgelopen dinsdag, namelijk 23,1° C. Hoewel we over het weer momenteel dus niets te klagen hebben, gaan de veranderingen, die de herfst in werking heeft gezet, gewoon door. De natuur verandert zichtbaar; bladeren verkleuren, vruchten zoals eikels, nootjes en kastanjes liggen voor het oprapen en natuurlijk zijn er paddenstoelen.

Paddenstoelen en herfst horen bij elkaar. Toch? Die leven namelijk van de afbraak van levend en dood materiaal en in de herfst is er veel afbreekbaar materiaal beschikbaar. Je ziet dan ook veel paddenstoelen in de omgeving van bomen. Maar je ziet ze ook het hele jaar door in het gras en weer andere soorten leven op dood hout. Paddenstoelen hebben dus niet perse de herfst nodig om te groeien en je vindt ze daarom ook in de lente en de zomer. En zelfs in de winter zijn er soorten die het niet opgeven. Kijk maar eens naar de foto’s van de gele trilzwam en judasoor, die ik afgelopen winter heb gemaakt.

Gele trilzwam
Judasoor
Niets nieuws onder de zon dus, ware het niet dat het opvalt, dat er al zovéél paddenstoelen vanaf de lente tot en met de herfst te zien zijn, waaronder opvallend veel grote exemplaren en veel van dezelfde soort. Je moet er natuurlijk alleen even oog voor hebben. Bij het zien van zoveel paddenstoelen vraag ik me af, of ze misschien profiteren van de veranderingen in het klimaat. Ze groeien namelijk extra goed in warme, vochtige omstandigheden en daar hebben we de afgelopen zomers veel mee te maken gehad.

Zwavelzwam
Reuzenzwam
De grote variatie in natuurlandschappen in onze omgeving en het huidige beleid, zorgt ook voor een grote variatie aan paddenstoelen. Terwijl jaren geleden het idee overheerste, dat de bossen er mooi opgeschoond bij moesten liggen, is deze tendens gelukkig aan het veranderen. Een opgeruimd bos “leeft” namelijk niet.
De terugkeer van dood hout in onze natuur levert veel op: er is niet alleen meer beschutting, maar ook spechten, kevers, mossen en nog veel meer dieren en planten profiteren er van, want het maakt deel uit van een voedselketen. Dat geldt ook voor schimmels.

Geschubde inktzwam
Echte tonderzwam

Gewoon elfenschermpje
Omdat er steeds weer nieuwe soorten worden ontdekt, is het ontzettend lastig om precies vast te stellen hoeveel paddestoelen- soorten we in Nederland hebben, maar al- gemeen kun je er van uit gaan dat het er meer dan 5000 zijn. Het is ook afhankelijk van wat men allemaal onder een padden- stoel verstaat en de meeste soorten zijn zo ontzettend klein en onopvallend, dat ze nog niet eens ontdekt zijn. Bijvoorbeeld het sinds kort ontdekte “grootsporig vriendenschijfje” heeft een doorsnee van 0,75 mm! Dan is dit "gewoon elfenschermpje" dus nog een reus.

Hoewel het dus goed lijkt te gaan, staat op dit moment in Nederland toch één derde van de ons bekende soorten op de Rode Lijst van bedreigde soorten! Dus met andere woorden: er zijn nog genoeg bedreigingen (ik denk dan aan o.a. vermesting en verzuring). In vergelijking met bijvoorbeeld de Rode Lijst 2004 gaat het echter weer iets beter. Dat doet verder niets af aan het feit, dat de herfst toch de meest geschikte tijd is voor de paddenstoel. Terwijl de rest van de natuur langzaam in de ruststand wordt gezet, laten de paddenstoelen zich nog even in al hun glorie zien.

Vliegenzwam
Grote parasolzwam
Dit is een selectie van foto’s,  die ik trouwens niet alleen dit jaar heb gemaakt. Er zijn er ook een aantal bij van afgelopen jaar. Hoewel de prachtige veelvoorkomende vliegenzwam niet ontbreekt, wil ik in deze blog vooral wat andere opvallende soorten laten zien. Waaronder vooral grote exemplaren. Niet alleen omdat die zo opvallend zijn, maar ook omdat mijn camera zich niet leent voor close-ups van de kleinere soorten zoals satijnzwam, vlekplaat of breeksteeltje.

Ruige weerschijnzwam
Door op een van de bovenste foto's te klikken, word je door gelinkt naar een eerder geplaatste blog, of naar de reissite van Columbus Reisreporter, waar ik dezelfde foto's, mét toelichting, heb geplaatst. Door op de onderste foto's te klikken worden die enkel vergroot.

Bundelzwam (januari, Budeler Bergen)
Bundelzwam
Eikhaas
Schubbige bundelzwam
Onderkant grote parasolzwam
Onderkant vliegenzwam
Langsteelfranjehoed
Roodbruine schijnridderzwam
Prachtvlamhoed met reuzenzwammen

Tot zover de paddenstoel. Volgend jaar zullen we hier uiteraard ook weer aandacht aan besteden....

Blogarchief