Foto van de natuur rond de Kleine IJzeren Man in de jaren '30. |
d’ Alt-Weert” of de “Altweertsche heide” en is in korte tijd “omgetoverd” tot het huidige natuur- en recreatiegebied “de IJzeren Man”, met de grote plas als middelpunt.
Hoewel je er nu bijvoorbeeld ook inlandse- en Amerikaanse eik, berk, beuk, wilg, els e.d. aantreft, is het gebied in de periode 1900-1930 voornamelijk beplant met productiehout (naaldhout dus). Niet zozeer vanwege een recreatief- , maar vooral een economisch belang.
De zogenaamde ‘woeste gronden’ waren vroeger in gebruik als begrazingsgebied voor voornamelijk schapen, voor het winnen van plaggen en heidestrooisel voor de potstal, voor turf en gemaaide struikheide die als brandstof werden gebruikt en voor imkers die de heidevelden gebruikten voor het uitzetten van hun bijenvolken. Toen ondanks het gebruik van kunstmest in begin 20e eeuw bleek dat de heidegrond en het stuifzand in het gebied als landbouwgrond onbruikbaar waren (te onvruchtbaar), werden ze door de dennenaanplant toch nog productief. Ook werd het zand gebruikt als vulzand. Vlakbij de latere Grote plas, werd bijvoorbeeld al eerder op kleine schaal zand gewonnen op een perceel van drogist Jos Specken uit Weert. Dit werd de latere Kleine IJzeren Man. Voor het ontstaan van het IJzerenmangebied zoals we het nu kennen, ben ik terug gegaan naar het jaar 1904. Als bron heb ik onder andere gebruik gemaakt van “Boshoverbeek, Kroniek van een historische driehoek” van J. Salmans, H.Tillemans e.a. en “De IJzeren Man 80 jaar” van Jan Smits.
Voor foto’s en krantenartikelen kon ik terecht bij het Gemeentelijk Archief Weert (GAW).
Waarom nou net het jaar 1904?
Op 9 november van dat jaar kwam namelijk het volgende bericht vanuit Den Haag in Weert aan: "Het voornemen bestaat, zoo mogelijk vóór de Indische Begroting, den spoorwegaanleg Eindhoven-Weert in de Tweede Kamer te behandelen”. Dit voornemen was er dankzij de inzet van Jhr. Victor de Stuers, de afgevaardigde van het district Weert in de 2e Kamer, die al jaren had geijverd om de aanleg van de spoorverbinding Weert-Eindhoven en een fraai station met een ruim emplacement te verwezenlijken.
Na de aanleg van de Zuid-Willemsvaart (1826) en de directe verbinding tussen Mönchengladbach en Antwerpen door de zogenaamde “IJzeren Rijn” in 1879, zou de verbinding Eindhoven-Weert gaan zorgen voor een opleving van het ingeslapen plattelands stadje Weert; het was het begin van een toen nog overwegend agrarische gemeente naar een meer op industrie georiënteerde samenleving.
Het wetsontwerp werd op dinsdag 15 november 1904 zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Toch zou het nog tot 1911 duren voordat men daadwerkelijk met de aanleg daarvan begon.
Draaibrug over de Zuid-Willemsvaart |
Op de foto zie je de oude en de nieuwe, maar nog niet complete brug naast elkaar liggen. Deze bestond namelijk toen die klaar was uit 4 bogen.
Kadastraal minuutplan van omstreeks 1832, met ingetekend de afgegraven percelen in 1910-1913 |
A. Geldens en C.J.M. Kocken, de aannemers van het project, kwamen voor de "somma van drieduizend twee honderd drie en zeventig 62,5/100 gulden" met Petronella Caelers, de weduwe van G. van Aken, en hun kinderen overeen, om " 13.09,40 hectaren af te graven tot eene willekeurige diepte zoals genoemde Geldens en Kocken dit zullen wenschen te doen, met bepaling dat langs de aangrenzende perceelen de vereischte breedte (minstens één meter) zal worden afgebleven".. Dit kwam neer op fl. 250,- per ha.
De percelen (Sectie K, no. 665, 666, 99, 100 en 101) bleven eigendom van de familie van Aken.
Boshoverhof of Scholtissenhof |
De af te graven percelen lagen op een uitloper van de Boshoverheide, die in 1826 door het graven van de Zuid-Willemsvaart in 2 stukken werd verdeeld. Rond de eeuwwisseling grensde de Boshoverheide tot aan de landbouwgrond van de Boshoverbeek. Ook de huidige Geurtsvenweg werd vroeger om die reden nog Boshoverpeelweg genoemd.
Het te winnen zand lag op een ca. 2 meter hoog stuifduin in de "Aoverterberg", dat "Scholtissenheuvel" werd genoemd en voor akkerbouw totaal ongeschikt was. Door de bewoners van de Boshoverbeek werd dat ook wel “de Elzas” genoemd. Vanwege een ondoorlaatbare harde leemlaag op 5 meter diepte, kon men met de graafmachine niet dieper gaan met afgraven en uitdiepen en daarom moest men het in horizontale richting zoeken. Vandaar ook dat er nog ongeveer 4 ha. van perceel 897 (gemeente-eigendom) werd afgegraven. In totaal werd uiteindelijk bijna 14 ha. afgegraven.
In eerste instantie was de gemeente slechts eigenaar van een klein gedeelte (3,93 ha. en lichtblauw ingekleurd op de kadasterkaart) ten westen van de afgraving, die langzaam in een plas veranderde. Pas in 1936 heeft ze de andere percelen waar de plas op lag verworven.
In 1958 heeft de familie van Aken, die de hoeve inmiddels verhuurde aan Laurentius Winkelmolen ("Daane Lîns") en daarna zoon Sjaak, ook de rest van haar grond verkocht aan de gemeente. Dit was ten behoeve van een nieuw te ontwikkelen industrieterrein, waarop later Philips Gloeilampen zich onder andere vestigde. De hoeve is in 1965 afgebroken.
stoomgraafmachine "de IJzeren Man" met op de voorgrond enkele poldermannen (arbeiders) |
In feite is de naam "IJzeren man" een scheldnaam. Voorheen gebeurde zandwinning door middel van handkracht. Toen de stoomgraafmachine zijn intrede deed, vreesden de arbeiders dat hierdoor hun werk niet meer nodig was en gaven de stoommachine de scheldnaam ‘De IJzeren Man’.
De oevers van de IJzeren man werden op meerdere plekken steil afgegraven, wat nu nog steeds goed zichtbaar is aan met name de zuidzijde van de IJzeren Man. Hoewel het emplacement en station nog niet voltooid waren, vond op 30 oktober 1913 de feestelijke opening van het traject Eindhoven – Weert plaats. Na de zandwinning, vulde zich het daardoor ontstane bassin in hoofdzaak met grondwater en met water uit de Bocholterbeek, die voorheen door het gebied liep. De plas werd ook wel "de Put" en "de vijver van van Aken" genoemd.
Ruim zeven jaar na de opening van de spoorlijn Weert-Eindhoven en het ontstaan van de plas, deden enkele vooraanstaande burgers een oproep om te komen tot de oprichting van een ''Vereniging tot Exploitatie van de IJzeren Man". Voorzitter was Frans van de Laar. Bolle Jan (Hendriks) en Jos Specken zaten o.a. in het bestuur. Er kwam behalve het zwembad een roei- en zwemvijver, een kabelbaan, speeltuin(tje) en een prachtig paviljoen. Dat alles onder de naam “Lustoord de IJzeren Man.”
Gedicht gemaakt naar aanleiding van de opening van Lustoord de IJzeren Man
"Een architect, bankier en enkele anderen, willen Weert in een badplaats veranderen.
Het Kurhaus, wandelpier en boulevard met veel vertier, is voor jong en oud een bron van plezier".
(bron: H. van den Bosch in "Wandelen door het Weerter verleden")
Bosweg in de jaren '30 (latere Kazernelaan") gezien vanaf Sluis 16 richting IJzeren Man. |
Ingang van Lustoord de IJzeren man |
Aangezien de Bosweg (de Kazerneweg was nog niet aangelegd, dat gebeurde pas in 1938) en de Geurtsvenweg (toen nog de Boshoverpeelweg genoemd) nagenoeg onbegaanbaar waren, werd er een 8 meter breed zandpad met een fraaie toegangspoort vanaf de Lozerweg, achter Sluis XVI naar het zwembad aangelegd. Dat is waar het "Allemanspad" achter het huidige NMC (tussen speeltuin en Kleine IJzeren man) later is aangelegd.
Omdat het alleen voor heren was toegestaan er te zwemmen, konden gezinnen met moeders en kinderen er niet terecht en vanwege het verplicht lidmaatschap en de grote afstand met de stad (met zeer slecht begaanbare wegen), bleef het aantal bezoekers veel te laag om rendabel te kunnen zijn. De vereniging kon dan ook niet blijven bestaan zonder subsidie. De eerste jaren bedroeg die nog fl 500, maar toen die in 1924 werd stopgezet, viel dan ook meteen het doek.Naast het café-restaurant werd in 1935 een nieuw zwembad aangelegd. Initiatiefnemer was de in 1933 opgerichte VVV “Weert Vooruit”. Vanaf de plas gezien (rechts van het café) werd door Theunissen bij het herenbad een terras aangelegd. Een geliefd plekje voor de vele bezoekers zoals je ziet. Na het overlijden van Theunissen in juli 1946 zetten zijn vrouw en kinderen het bedrijf voort.
Dames waren nu toegelaten, maar bleven gescheiden van de mannen. Een rieten schutting vormde de scheiding tussen de seksen. Daartussen lag ook nog eens een neutrale zone van 10 m., zodat de scheiding zeker was.....De uitvoering van het zwembad was sober en bestond uit slechts enkele cabines, zodat men zich daar kon omkleden.
Voor met de aanleg begonnen werd, moest de zandafgraving eerst nog genivelleerd en afgerasterd worden. De afgraving stond meestal droog, was dus eigenlijk nog geen plas. Op oudere kaarten zul je ook tevergeefs zoeken naar de Kleine IJzeren Man. Rondom de eigenlijke baan werd een dam opgeworpen en via een buis vanuit een zijtak van de Weteringsbeek werd de plas voorzien van water. Er kwam zelfs verlichting rond de baan. Niet duidelijk is hoe lang de ijsbaan bestaan heeft.
De brede Weteringbeek langs de Voorhoeveweg (voorheen Peelweg). Jaartal onbekend. |
In 1935 lanceerde de gemeente onder leiding. van burgemeester Willem Kolkman een plan. Men dacht zelfs aan een voorverwarmd bassin (over ambitieus gesproken!!), de aanleg van een eilandje midden in de plas met een hotel-restaurant en een ren- en drafbaan rond de vijver. Er zouden zwemlessen worden gegeven en toezicht worden gehouden. Het plan omvatte het hele complex van 35 ha, met de Kleine IJzeren Man en Geurtsven tot aan de Herenvennenweg. Er zouden bossen en paden worden aangelegd. Dat alles zou worden uitgevoerd als werkverschaffingsproject (DUW). Het was de tijd van grote werkeloosheid, de zogenaamde crisisjaren.
Vanwege de Tweede Wereldoorlog ging het groots opgezette plan niet door. Op deze foto van 1941 zien we aan de overkant café-restaurant "de IJzeren Man" (Dennenoord) met links en rechts de van elkaar gescheiden zwembaden voor mannen en vrouwen. De "militairen" op de voorgrond waren gelegerd op de aan de oude Lozerweg gelegen barakken van de Nederlandse Arbeids Dienst (NAD).
Nieuw aangelegde Kazerneweg richting Sluis 16, met links 't Huiken |
Al snel na de oorlog kwam men met nieuwe plannen om te komen tot de bouw en inrichting van een volledig nieuw gemeentelijk zwembad.
Het bad zou aan de westelijke oever komen te liggen, langs de in 1938 aangelegde Kazerneweg. In januari 1946 werd een commissie geïnstalleerd met als taak advies te geven over de wijze waarop de IJzeren man en het daarachter gelegen gebied ingericht en geëxploreerd kon worden. In die commissie hadden o.a burgemeester Constant Kortmann (1946-1952), wethouder Stan Smeets en de heren Vincken en Joosten plaats genomen.
Dat zo’n gebeuren daar kon plaatsvinden geeft aan, dat het stuifzandgebied met name rond de Kleine IJzeren Man nog open was.
Waarom daarna geen races meer gehouden werden, heb ik niet kunnen achterhalen. Het paste waarschijnlijk niet in de plannen van de gemeente.
Het duurde “dankzij” de traag draaiende ambtelijke molens nog tot februari 1954, voordat men werkelijk begon met de bouw van het zwembad. Om aan het benodigde geld (fl. 200.000) te komen, had de gemeente de Weerterheide aan Defensie verkocht. Sinds 1946 waren de plannen al meerdere keren gewijzigd. In 1953 kocht de gemeente Weert 8 ha. grond rondom de Kleine IJzeren Man van Jos Specken voor ruim 8.000 gulden.
Het wedstrijdbad kwam aan de plas te liggen, maar er werden tevens nieuwe afzonderlijke bassins voor kinderen en ongeoefende zwemmers gegraven. Men ging er van uit dat binnen afzienbare tijd de plas niet meer gebruikt zou kunnen worden als zwemwater. Een vooruitziende blik… De feestelijke opening was in augustus 1954.
Er werd besloten het gescheiden zwemmen aan te houden (het bekende “dikke damesbad” herinnerde hier later nog aan). Ook deed schoolzwemmen zijn intrede. Het 50 meter (wedstrijd)bad stond nog helemaal in open verbinding met de plas. Dat was toen geen probleem, want het kanaalwater had toen nog een dusdanige kwaliteit dat er veilig in gezwommen kon worden. Het nieuwe zwembad was zeker in de beginjaren een succes, zoals je op de foto van 1958 kunt zien. In augustus van dat jaar werd de 100.000-ste bezoekster (Thea van Deurzen) verwelkomd.Geurtsvenweg met rechts het pad naar het Geurtsven |
Men ging niet overhaast te werk, maar koos voor een geleidelijke ontwikkeling van het bosplan. Opvallend dat men in dit plan al sprak over de beplanting; "de dennenbossen zullen geleidelijk vervangen worden door loofhout" !!!!
Dat deel van het plan is dus nog niet verwezenlijkt, want nu anno 2019, is dit onderwerp weer punt van discussie Zeker na de recente rigoureuze bomenkap van met name naaldhout…….
Verder kwamen er in de loop der jaren voorzieningen zoals een hertenkamp (1955), speeltuin (1961), restaurant (1964) en in 1966 werd zelfs in de nabijheid van het restaurant op initiatief van exploitant van Zelst een midgetgolfbaan aangelegd.
Het prachtig gelegen Restaurant "de IJzeren Man" met buitenterras |
Het meer westelijk gelegen kleine Nelissenven of Klein Geurtsven kreeg toen de naam Eendenven.
Het Geurtsven werd verpacht aan de in 1927 opgerichte Hengelsportvereniging Sint Petrus. Die ging het gebruiken om er vis (m.n. karper) op te kweken, om die vervolgens uit te zetten in o.a. de Grote IJzeren Man. In 1951 heeft de visclub de plas leeg moeten pompen om er de roofvis (met name snoek) af te kunnen vangen. Die zou het namelijk onmogelijk maken om daar jonge karpers uit te zetten. In Kanton Weert van 5 oktober van dat jaar werd gesproken over enkele honderden snoekjes!!!! Deze werden overgebracht naar de IJzeren Man.
Vernieuwd buitenbad van 1976 |
Het plan ontstond dan ook om het bestaande 50 m. buitenbad te overkappen en andere recreatieve voorzieningen rondom dit buitenbad te realiseren. De eerste plannen voor deze grote opknapbeurt dateren al van 1986, maar er werd enkele jaren vooral veel gepraat, nagedacht, getekend en overlegd.
Allengs veranderde men van gedachten en ontstond het plan om een compleet nieuw overdekt zwembad te plaatsen. Op 20 september 1988 werd door de gemeenteraad groen licht gegeven voor een multifunctioneel zwembad, met zowel een openlucht- als overdekt subtropisch zwembad, een instructie- en wedstrijdbad, kleuterbad, ligweiden etc.
Overdekt zwembad de "Rog" |
De opening van het Subtropisch Zwembad was op 12 mei 1990.
Subtropisch zwembad "de IJzeren Man" in mei 2020. |
Was alles nu “koek en ei”? Echt niet……..
Misschien wel wat het zwembad, speeltuin, hertenkamp en camping (hoewel!!!!) betrof , maar niet met de omgeving. Niet alleen wat het beheer betrof, maar vooral het (kanaal)water van de Weteringbeek speelde hierin weer een rol van betekenis.
Het was inmiddels bij iedereen doorgedrongen, dat het slechter ging met onze natuur in zijn algemeenheid.
De naoorlogse opleving was (te) vaak ten koste gegaan van onze natuur. Veel was opgeofferd vanwege economische belangen.
Dat ging ook nog eens vaak gepaard met een ongelimiteerd gebruik van onkruidverdelgers, met alle gevolgen van dien voor ons milieu. (ook de IJzeren Man kreeg er mee te maken). Er moest iets gaan gebeuren.. Ook in het IJzerenmangebied........................
Daarover in mijn volgende post meer.