In het Kempen~Broekgebied, waar het deel van gaat uitmaken, ligt het tussen de Hoort, de Boshover- en Loozerheide en de Laurabossen aan de andere kant van de Zuid-Willemsvaart.
![]() |
Landgoed de "Warande" gebouwd in 1926 door zoon André Dor, is nu een rijksmonument |
Budel-Dorplein is pas ontstaan nadat de fabrikantenfamilie Dor en Francois Sepulchre een zinkfabriek bouwden in het vennengebied tussen Budel en Weert. Ze wilden een zinkfabriek stichten in de omgeving van Luik, maar kregen daar geen toestemming voor omdat het gebied daar al te dicht was bebouwd. Ze zochten toen hun heil in Nederland.
![]() |
Woonhuis van Dor in Weert. Het latere Hotel Juliana, nu Hostellerie Munten |
"Villa", gebouwd in 1902 voor Maurice Dor
Het uitgestrekte gebied werd in de volksmond de "Aauw Heij" genoemd. Zo'n locatie was gunstig, want men had in die tijd een groot "uitwaaigebied" nodig, omdat de zinkproductie met veel rook gepaard ging. Een ander argument voor "La Société Anonyme des Zincs de la Campine Dorplein", was de nabijheid van de spoorverbinding Antwerpen - Duits Ruhrgebied (IJzeren Rijn) en de Zuid-Willemsvaart. Daarvoor moest wel nog een smalspoor ('t Routje) naar Budelschoot worden aangelegd.
Deze spoor- en waterweg vormden een onmisbare schakel voor de aanvoer van bouwmateriaal, zinkerts en kolen en de afvoer van het zink. Een derde argument was de aanwezigheid van goedkope grond en arbeiders. En tot slot (en niet de minst belangrijke), was er de aanwezigheid van veel water. Voor een zinkfabriek is namelijk voldoende koelwater van wezenlijk belang en het Ringselven kon hier prima in voorzien. De aanvoer van dat water, dat indirect via de Hamonterbeek van de Maas komt, vindt grotendeels plaats via het zogenaamde "Luuëpke" vanuit natuurgebied de Hoort.
de "Witte villa" die in 1898 is gebouwd voor Emile Dor.
De eerste bewoners waren Waalse "ouvriers"(arbeiders), die vakkennis en ervaring meebrachten en daarom vooral functies in het middenkader kregen. Tot in de jaren 50 was Frans ook de voertaal onder de notabelen en directie. De arbeiders hadden het aanvankelijk niet gemakkelijk, aangezien de meeste voorzieningen nog gebouwd moesten worden en ze de taal niet spraken. Geleidelijk aan werden er voorzieningen gebouwd. Ontwerper van het dorp was Emile Dor, die civiel ingenieur was.
In 1985 is het gebouw verkocht door de directie van de zinkfabriek. Sinds 1988 diende het als tijdelijk opvangcentrum voor asielzoekers en tegenwoordig zijn er Poolse gastarbeiders gehuisvest.
eerste fase van de arbeiderswoningen in Dorplein, kort na de oplevering
Rug aan rug gebouwde vier-onder-een-kapwoning ("carré mulhousien") voor de arbeiders
De stijl en architectuur van de ruim opgezette woningen is sterk geïnspireerd op architectuur zoals die voorkomt in de Belgische Borinage. Alles gebouwd in rode baksteen volgens de Waalse stijl en met zijn typisch wijze waarop de dakpannen zijn gelegd. Op de foto is bij de rechter woning nog te zien hoe de dakpannen met een anders gekleurde ruitpatroon oorspronkelijk lagen.
Een bijzonder overblijfsel uit de tijd van de Dors is de doorlopende huisnummering. Iets unieks in Nederland.
De arbeiderskolonie was in alle opzichten afhankelijk van de Budelse zinkfabriek. Het bedrijf was paternalistisch (het bepaalde wat er in het dorp gebeurde), wat zijn goede en slechte kanten had, en de nederzetting lag afgelegen.
In deze woning aan de Gebr. Looymanslaan (gelegen tussen Hoofdstraat en Theo Stevenslaan) kwam rond de eeuwwisseling een zekere Egidius Gerardus Walthoff (1867-1941) uit het Belgische Kanne te wonen. Hij was getrouwd met de eveneens uit Kanne afkomstige Maria Hubertina Paquay. Hij was door de Dors aangenomen als rentmeester om de tuin van de nonnen, de publieke tuin en de directietuinen aan te leggen en te onderhouden. Ook was hij beheerder van de verderop gelegen "de Stal". Deze boerderij werd in 1917 gebouwd als zelfvoorziening voor de zusters en de vrijgezellen van de "Cantine". Voorheen werd de straat door de Dorpleiners vaak "de Koeienstraat" genoemd omdat de koeien namelijk door deze straat naar hun stal liepen als ze uit de wei kwamen om gemolken te worden.
het oude prisonneke vóór de restauratie
De huizen voor de arbeiders en voorzieningen, zoals kerk en school werden in de nabije omgeving van de fabriek gebouwd. Het dorp had zijn eigen veldwachter ("de Gard") en er was zelfs een gevangenis; het "Prisonneke". Deze kleinste gevangenis van Nederland was omgeven door een sloot, met aan de voorkant een bruggetje en met een hekwerk afgesloten.
Binnenkort begint men met de restauratie van dit bijzonder gebouwtje, dat aan de Theo Stevenslaan ligt. Theo Stevens was een jonge verzetsstrijder uit Dorplein, die op het eind van de Tweede Wereldoorlog met nog een paar andere jongemannen werd gefusilleerd door de Duitsers omdat ze een trein hadden laten ontsporen.
In april 2011 is deze fabrieksnederzetting met de natuurlijke omgeving aangewezen als beschermd dorpsgezicht. Op de site www.historiekzm.nl kun je meer over de historie van de zinkfabriek vinden.
Bij Budel-Dorplein ligt de Loozerheide. Een deel van dat natuurgebied aan Limburgse kant, is onlangs door Nyrstar (sinds 2007 de eigenaar van de zinkfabriek), aan Ark en Natuurmonumenten overgedragen. Een paar akkers, weilanden en bospercelen (eigendom van particulieren), moet door grondaankoop of grondruil nog eigendom worden. Het gebied wordt begraasd door Maremmana runderen en Exmoor ponys. Inclusief het Ringselven en de Hoort, maakt de Loozerheide deel uit van het grensoverschrijdende natuurpark Kempen-Broek.

Er is een "natuurwandeling" (3,5 km.) en een "cultuurwandeling" (7 km.) die gecombineerd kunnen worden tot één wandeling van ongeveer 10 km.
*** Augustus 2014: De restauratie van het Prisonneke is voltooid.
Alles ziet er keurig verzorgd uit, maar het nostalgische effect, het authentieke van het Prisonneke zoals op de andere foto, ontbreekt in mijn ogen. Het heeft mogelijk ook met de aankleding van de directe omgeving te maken, die saai is ingericht.
Aan de achterkant bevindt zich voor iedere cel een getralied raam met luchtgat dat aan beide zijden is omgeven door metselwerk. Hier werd ook via een smal luik voedsel verstrekt.
![]() |
Een bord bij het gebouwtje geeft meer duidelijkheid in de historie van het Prisonneke. |