Weert en omgeving

Introductie Natuur in Weert en omgeving.
Op onderstaande tabel zie je een overzicht van de door mij bezochte natuurgebieden. Deze kun je aanklikken.
Woorden in de berichten die rood gekleurd zijn, verwijzen naar een onderwerp. Als je daar op klikt kom je in dat bericht terecht. Door links bovenaan het scherm op het pijltje te klikken, ga je weer terug naar het vorige bericht.

"De huidige gemeente Weert en omgeving was in oude tijden voor ¾ omringd door woeste gronden, plassen en moerasgebieden. Het "eiland van Weert" kon toen ook alleen maar bereikt worden via hoger gelegen zandruggen (een overblijfsel uit de ijstijd), die in de moerassige gebieden lagen." (Bron: Stan Smeets, in "Andermaal Altweert").
Volledige tekst >>

Select language

Volgers


zondag 13 december 2015

Taurossen op de Raamweiden 2015

In mijn vorige blog schreef ik over de Raamweiden. Het voormalig landbouwgebied tussen Raam en Pruiskesweg is afgelopen jaar door Ark/Natuurmonumenten flink onder handen genomen en zoals het er naar uit ziet, belooft het een fraai natuurgebied te worden. Ook hier zorgen Taurossen voor de begrazing.
Na de Loozerheide, Weerter Kempen, Kwaoj Gaat/Wisseblök is het nu dus de beurt aan de Raamweiden.

Begrazingsgebieden van de Taurossen
Zoals beloofd heb ik elk gebied dat begraasd wordt, bezocht. Over welke gebieden het gaat, kun je nog eens op dit kaartje zien, dat ik met google maps heb gemaakt.De gebieden zijn met road aangegeven.

Het viel deze keer niet mee de dieren goed te fotograferen. Ze liepen eigenlijk te ver weg tussen het hoge gras. Hier stonden voorheen populieren.


Hoewel ik in een vorige blog vertelde dat ik via een Freenature-vrijwilliger wist dat alleen op de Graus nog heckrunderen rondlopen, klopt dit niet. Ook op de Raamweiden lopen er, zoals je ziet,  nog enkele van deze dieren rond. Of die van 't Luuëke of de Graus afkomen, is mij niet duidelijk. In totaal lopen op de Raamweiden 10 runderen, waaronder 2 jongere (gekruiste??) Sayaguesa stieren en 3 kalfjes.

Stier met Maremmana kenmerken

Heckrund koe en 1/2 Sayaguese en 1/2 Tudanca stier
Er zat niks anders op dan nog een keer terug te gaan, om de dieren wat van dichterbij te kunnen bekijken. Dat lukte inderdaad, hoewel ik achteraf gezien niet helemaal tevreden ben over de kwaliteit.
Door het oormerk kwam ik er wel achter dat ik in december 2012 al van deze stier een foto heb gemaakt op Siëndonk. Ik schat dat het toen ongeveer 1/2 jaar oud was. Deze stier is dus nu 31/2 jaar oud. Voor een foto van het jonge stierkalfje klik HIER. Daar liep toen ook deze Maremmana stier rond. De stier die later ook op Wisseblök/Kwaoj gaat liep. Dus deze stier zou mogelijk een SayagueseXMaremmana kruising kunnen zijn.

Over de afkomst van dit Heckrund wordt op Carnivora het volgende opgemerkt:
"I checked the early Heck pictures of Geer vanne Smeed and they all have orange ear tags (see e.g. this cow in Luuëke in December 2011) while their calves sport yellow ear tags (see e.g. this cow and calf, also in Luuëke in December 2011). From this I infer that (a) as already surmised in the preceding section, differently coloured ear tags do not necessarily point at different nationalities, just at different breeders (though of course those Heck cattle might have been imported from Belgium or France), and (b) the cow on Raamweiden is one of those older pure Hecks. The other cows then presumably also are pure Hecks (though younger, viz the yellow ear tags) and not lower-quality Highland crosses".


1/2 Sayaguese en 1/2 Tudanca stier

Zoals het hoort zijn de stierkalfjes natuurlijk nieuwsgierig naar dat vreemde wezen dat daar bij de afrastering staat.


donderdag 3 december 2015

De Raamweiden

Waar bij de huidige Pruiskesweg nog geen 100 jaar geleden een grote visrijke waterplas lag, is door de grootschalige ontginningen (tussen 1900 en 1954) en het graven van de Raam ("de  Now Beek" ) in de jaren '30, dit deel van het Wijffelterbroek ('t "Brook") drooggelegd en als landbouwgrond in gebruik genomen.

Op hoogtekaarten is te zien, dat deze door Ark genoemde "Raamweiden" (30,7m) bijna 4 meter lager liggen dan de er naast gelegen Stramprooierheide en "Bergshei" (hoogste punt op 34,4m) om vervolgens aan de noordkant weer op te lopen tot 33,30m. Komende van de Stramproyer Grensweg is dit ook goed te zien.

 
Op bovenstaande oude kaarten van 1850 en 1923 (even op klikken) zijn de waterplassen waarop gevist werd nog te zien. De omwonenden gebruikten hun bootje niet alleen om te vissen, maar ook om bijvoorbeeld de kortste weg naar Altweerterheide te nemen. De dichtsbijzijnde doorgang lag namelijk pas bij de brug over de Tungelroyse beek aan de Heltenbosdijk, ook wel Baksbrug genoemd.

Op een oude kadasterkaart van 1811-1832 is te zien dat bij het Wijffelterbroek "Gemeente Broek" staat. Gemeente heeft hier de betekenis van "gemeynt" of "gemene grond". Dit duidt er op dat het "Brook" gemeen- schappelijk gebruikt werd door de lokale bevolking. Ze hadden het recht (weliswaar tegen betaling) om daar bijvoorbeeld hun runderen of schapen te laten grazen, strooisel te verzamelen, te plaggen, turf te steken en bijen uit te zetten. Ook het jachtrecht en het visrecht vielen hier onder.

Tussen de Stramproyer Grensweg en het lage Wijffelterbroek, ontgonnen de keuterboertjes in het begin van de vorige eeuw al kleine perceeltjes land. Vanaf daar zie je ook weer het hoogteverschil met 't Brook.

 
Die lappendeken van kleine perceeltjes, omringd met houtwallen, tref je er nu nog steeds aan. Aangezien alles met de hand gebeurde, moet dit een hele klus zijn geweest. Zo'n kleine en met hout omringde ontginning noemt men ook wel "kamp" of "kempke". Het hout van de houtwallen diende voor eigen gerief.

Op de oude kaart van 1923 (rechts) zijn die perceeltjes goed te zien. Met deze foto wil ik je ook weer het grote hoogteverschil laten zien van het weilandje op de voorgrond met het Brook op de achtergrond.

Boerderij 't Brook  gezien vanaf de Pruiskensweg
De ontwatering en ontginning van voornamelijk het noord- oostelijk gebied begon in 1902, nadat enkele rijken uit Weert hier vele hectaren grond van de gemeente Weert pachtten. Dit alles gebeurde met schop, kruiwagen en kiepkar. Honderden mensen hebben in de daaropvolgende jaren in " 't Brook" werk gevonden bij de opgerichte NV "Weerter Exploitatie-Maatschappij het Wijffelterbroek”.

De in 1906 gebouwde ontginningsboerderij 't Brook
Een opzichter regelde de werkzaamheden op 't Brook en hield alles in de gaten. Deze opzichter (Miechel Daniëls), werd ook de eerste bewoner van de in 1906 gebouwde boerderij met de naam “’t Brook”.
In 1926 was 180 van de 260 ha. ontgonnen en verliep alles blijkbaar dusdanig naar wens, dat de Gemeente besefte, dat het “brook” wel eens een “melkkoetje” zou kunnen worden. Als reden werd aangegeven dat het wenselijk was dat de gemeente weer de beschikking kreeg over haar waardevolle eigendom vanwege de uitbreiding van de Parochie Altweerterheide. Vandaar ook het voorstel om het Consortium te bewegen de pacht stop te zetten. De heren van het Consortium gingen echter uiteindelijk niet in op het voorstel van B&W en zagen af van verdere onderhandelingen. Daarna waren er ook geen onderhandelingen meer, want door de Beurskrach van 1929 raakte Nederland in de jaren ‘30 van de vorige eeuw in een diep economisch dal; 35% procent van de werkende Nederlandse bevolking raakte werkloos. Het heeft dan ook nog jaren geduurd, maar uiteindelijk gingen de heren van het Consortium akkoord. Dat gebeurde in september 1939 en in januari 1941 werd in Kanton Weert vermeld dat de NV. "Weerter Exploitatie het Wijfelterbroek" was opgeheven. Zo kwam het Wijfelterbroek weer volledig in handen van de gemeente, met weer als opzichter Miechel Daniëls.

De Raam met de Ossebrug
Nadat de Raam in 1930 was gegraven, werd met name de zuid- westelijke helft van het moerassige gebied in versneld tempo ontgonnen en vielen de plassen droog, om plaats te maken voor weilanden en akkers. Ook tijdens WO II (door de "Nederlandsche Arbeidsdienst" - NAD) en na de oorlog (door de Dienst Uitvoering Werken - DUW) waren er ontginningswerkzaamheden. In 1954 zijn de werkzaamheden stopgezet.

In minder dan 50 jaar is het Wijffelterbroek nagenoeg compleet op de schop gegaan. In 1941 schreef een zekere W.L. Leclercq nog:  "dit is het grootste, meest afgelegen en mooiste moeras uit de streek" en "dit is de mooiste, geheimzinnigste wildernis in Nederland, waar men urenlang kan ronddwalen zonder iets van de buitenwereld te zien of te merken" . Maar ook schreef hij:  "Een boer vertelde mij, dat het Broek geheel ontgonnen zal worden door den Arbeidsdienst: de grond zou 4 meter diep worden omgezet!!!"

Of dat van die 4 meter klopt, weet ik niet, maar toen in 1962 de Raam, inmiddels in de volksmond "Stinkbeek" genoemd, vanwege de afvoer van het sterk vervuilde water uit de Lossing of Emissaire, nog eens verbreed en uitgediept werd, was het in elk geval definitief "einde verhaal" wat betreft de natuurlijke sponswerking en de oorspronkelijke natuurwaarden van het Wijffelterbroek. Uiteindelijk bleef van de oorspronkelijke 260 ha. minder dan 50 ha. over. Deze worden sinds 1977 door Vereniging Natuurmonumenten beheerd.

 
Op bovenstaande foto's van maart 2013 zien we nog vanaf de Pruiskensweg weilanden en akkerland. De afwatering ervan was blijkbaar nog niet voldoende, want uiteindelijk heeft men op deze percelen zelfs een systeem met drainagebuizen aangelegd. Gevolg van deze afwatering was verdroging van het nabijgelegen moerassige natuurgebied.

De laatste jaren wordt heel anders over waterbeheer gedacht. Water vasthouden in de moerassen aan de bovenloop van beken wordt steeds belangrijker, om zo droogte enerzijds en hinderlijke overstromingen anderzijds te voorkomen. 

Foto maart 2014. Brug over de Raam, met daarachter het nieuw te ontwikkelen gebied
Omdat het consortium AHV (ARK Natuurontwikkeling, Habitura en Rentmeester Van Soest), de afgelopen jaren via kavelruil (en aankoop?) vele ha. landbouwgrond heeft verworven rondom het Wijffelterbroek, zijn de "droogvallingseisen" van de agrariërs komen te vervallen en konden maatregelen genomen worden om de verdroging tegen te gaan en het gebied weer te vernatten.

Foto: Omniverde                            Natuurherstel door uitvoerder Omniverde
De landbouwgrond bij de Pruiskesweg, die met veel zweet is verkregen, is in bezit gekomen van Stichting Ark en het afgelopen jaar door anti-verdrogingsmaatregelen weer naar natuur omgevormd. Een perceel populieren is gekapt en door uitvoerder Omniverde is de bovenste voedsel- en humusrijke laag landbouw- grond afgegraven en elders hergebruikt. Op  Omniverde.nl  zijn foto's van deze werkzaamheden te zien.

Aanwezige drainagebuizen zijn verwijderd en door plaatselijk af te graven tot op de oude veenbodem en elders op te hogen, is het oude reliëf hersteld en zien we weer een 2 ha. grote plas ontstaan.

Door de combinatie van een verminderde afvoer en peilverhoging van de Raam en de herstelwerkzaam- heden van april - juni dit jaar, is het ijzerrijke bron- en kwelwater boven het maaiveld komen te liggen en is het gebied weer dusdanig laag komen te liggen, dat ook het regenwater kan worden vasthouden.

Zoals je ziet, trekken dit water en de omliggende weilanden veel watervogels aan. Ik zag hier bij mijn laatste bezoek o.a. de Grauwe gans, de Canadese gans, de Kolgans, de Nijlgans, Zwanen en reigers.

Hier stonden een half jaar geleden nog populieren, die veel water uit de grond onttrokken..
Taurossen zorgen voor de begrazing. Daarover vertel ik in de volgende blog wat meer.
 Omdat het voormalige landbouwgebied langs de Raam loopt, worden deze percelen Raamweiden genoemd. Voor zover ik heb kunnen nagaan is er voor dat gebied ook geen oude veldnaam. Al met al weer een een nieuw interessant gebied in wording.

vrijdag 27 november 2015

Taurossen op Kwaoj Gaat/Wisseblök 2015

Ik kan zien dat er regelmatig vanuit het buitenland bezoekjes zijn op mijn blogs over de Taurossen en de foto's die ik daarvan op Flickr heb geplaatst. Onlangs is (uiteraard met mijn toestemming), een blog met foto's van de Taurossen op de Loozerheide en Weerter Kempen geplaatst op de Breedingback blog van een zoölogie student op de universiteit Wenen en vond ik een interessante analyse over de mogelijke afkomst van de jonge dieren op het veel bezochte Carnivoraforum. Van Ark of Free Nature kan ik die helaas niet verwachten.

Dit soort reacties kan ik dan ook alleen maar toejuichen en ook nu hoop ik dat er weer gereageerd wordt.

Foto van april 2013
In januari 2013 zijn 3 Limia runderen met kalfjes en een Limia stier op het Kwaoj Gaat/Wisseblök geplaatst. Raszuivere dieren die (als ik het goed heb) rechtstreeks uit Spanje kwamen. Herkenbaar aan het oranje oormerk. Je kunt het nog eens terug lezen door HIER op te klikken.
Het Limia rund of Limiana is dus een Spaans ras. Uit de provincie Galicië. Qua kenmerken, gehardheid en robuustheid staat het dicht bij het oerrund. Bij de Limia zie je, net zoals bij andere runderrassen, variatie.

Maremmana (li.) en Pajuna stier (re.) op Siëndonk in januari 2013
Enige tijd later is de Limia stier elders geplaatst (onbekend waar) en in december 2013 zag ik op Wisseblök/Kwaoj Gaat een Maremmana- en Pajuna stier lopen. Twee stieren, die daarvoor al een tijdje op Siëndonk hadden rondgelopen zoals je op de foto kunt zien.

Een half jaartje later werden de meeste dieren weer verplaatst naar een ander perceel; onder andere naar de Weerter Kempen en Loozerheide. Ik trof in juni 2014 op Wisseblök/Kwaoj Gaat alleen nog de Maremmana stier en één Limia koe met kalfje aan. De Maremmana heeft dus minimaal gezorgd voor een vrouwelijke nakomeling. Dat kun je zien op deze foto.

Intussen lopen er op Kwaoj Gaat/Wisseblök weer andere dieren. Mogelijk dat de Limia koe met haar kalf is gebleven. Nu lopen er 4 Limia koeien met 3 kalfjes en een andere  stier rond. Waar de Maremmana stier van vorig jaar was gebleven was mij niet duidelijk. Op de andere percelen had ik hem ook niet gezien.
De beheerder van Ark vertelde me later , dat de stier zijn werk "had gedaan" en was afgevoerd naar de slachterij van Free Nature.

Het is me ook niet duidelijk of de stier een gekruiste Limia is. De hoornpartij en de "bokkenpruik" doen me namelijk ook denken aan een Maronesa en vanwege de kleuren kun je (als leek) zelfs aan een Pajuna denken.  Kortom, ik weet het niet. Daarvoor ben ik gewoon te weinig deskundig. Mogelijk dat de volgende drie foto's voor anderen meer duidelijkheid verschaffen en dat iemand mij te hulp schiet.

Het is in elk geval een prachtig dier. Ik heb het niet eerder op een van de andere percelen gezien, dus mogelijk is het nog niet lang in ons land. Ik vermoed dat, omdat het ook geen oormerk heeft. Hoewel het me ook onwaarschijnlijk lijkt dat het dan ons land zou binnen kunnen komen, kan ik geen andere reden bedenken.

Op carnivora wordt er het volgende over gezegd:
"As regards the bull I will not hazard any guess regarding its ancestrage, except that judging by the horns neither a pure Maremmana nor a pure Highland were among the parents. As for his looks, he seems a bit heavy in the belly but has a very nicely curved backline with a well-developed hump. The horn shape is acceptable – forward pointing and with very slightly inward-pointing tip(s). As he presumably is relatively young, the horns tips may yet grow a bit. His looks are reminiscent of one of the young bulls in Weerter Kempen (see here), though that one seems a bit shorter in the trunk and has a less pronounced colour saddle".
Ook hier dus geen uitgesproken voorkeur voor een bepaald ras.

Een prachtige kop heeft deze stier. Dit blijkt een 1/2 Lima en 1/2 Pajuna te zijn.
In oktober 2015 zijn door Stichting Taurus 12 runderen vanuit Nederland naar de Donau delta in Roemenië getransporteerd. Behalve de rassen die ook in Kempen~Broek lopen, vind je daar ook het Spaanse ras: Alistana-Sanabresa. Dit rund werd vroeger vooral ingezet als trekdier. De stier die op Kwaoj Gaât loopt vertoont veel gelijkenis met dit ras. Ik heb dit bij Stichting Taurus nagevraagd, maar kreeg helaas geen reactie.....

***Dankzij een reactie op 5 januari 2016 van Henri Kerkdijk-Otten, voormalig mede-oprichter van het Tauros Project, is de onduidelijk over dit ras uit de wereld geholpen. Kijk daarvoor bij opmerkingen.
Dus niks geen Alistana- Sanabresa maar een Limia stier. De beheerder van Ark corrigeert dit in een latere reactie, namelijk 1/2 Limia en 1/2 Pajuna. Mijn dank daarvoor bij beide heren.

Runderen zonder oormerk is eigenlijk strafbaar, want het is in Europa wettelijk verplicht dat die binnen drie dagen na de geboorte een oornummer hebben. Deze regel wordt "honderd hectare regeling" genoemd. Het geldt namelijk voor dieren die grazen op een gesloten gebied tot een oppervlakte van 100 ha. In gebieden groter dan 100 ha. is de regel van het oormerken binnen 3 dagen niet nodig. Als dat oormerken dus om de een of andere reden niet lukt, worden ze er tijdens een vangactie later in het jaar alsnog van voorzien.

Die vangactie staat momenteel zo te zien ook te gebeuren. De hekken zijn al enige tijd geleden geplaatst en er wordt hooi in gegooid, zodat de dieren er in en uit lopen en aan de veranderde situatie kunnen wennen. Het vangen is uiteindelijk toch een hectisch moment voor ze en moet met tact gebeuren.

Ook dit kalfje heeft nog geen oormerk.
Het najaar is ook dé tijd van de vangacties bij de runderen van FREE Nature. Allereerst moet soms op de percelen het aantal dieren teruggebracht worden naar een aantal dat ze de winter zonder bijvoeren kunnen overleven. Om die reden moeten dieren verplaatst worden, maar er zijn ook dieren die niet aan de "eisen" van het oerrund voldoen. Die worden dan afgevoerd naar de slachterij van FREE Nature. En tot slot biedt dit vangen dus ook de kans om alle dieren alsnog van oormerken te voorzien. Het zorgt echter altijd weer voor onrust..

Dit is een koe die volgens mij al vanaf januari 2013 op Kwaoj Gaat/Wisseblök is. Hoewel het natuurlijk ook mogelijk is, dat ze nog niet lang geleden vanuit Spanje is geïmporteerd. Dat ze niet in Nederland is geboren is te zien aan het oranje oormerk.  De Nederlandse oormerken zijn namelijk geel. Volgens mij is deze koe ook zwanger.


maandag 23 november 2015

Herfst 2015.......Paddenstoelentijd deel 6: Van alles wat

Als je regelmatig in de natuur rondloopt, kom je er op een gegeven ogenblik niet meer onderuit om toch iets meer te weten trachten te komen over paddenstoelen. Dat heb ik dit jaar dan ook gedaan.
Als je doelgericht op zoek gaat naar paddenstoelen, merk je dat er heel veel soorten zijn. Voor mij als leek ook hééél veel ónbekende soorten. Gaandeweg heb ik gemerkt hoe moeilijk het is er een juiste naam bij te vinden.

Er worden nog steeds nieuwe soorten ontdekt. Volgens de Nederlandse Mycologische Vereniging (NMV) zijn we in Nederland de grens van de 5.000 soorten al gepasseerd. Ze verwijzen naar de Verspreidingsatlas, waar dit aantal expliciet staat vermeld. NMV-bestuurslid Boomsluiter zegt hierover: “Het is ontzettend lastig om precies vast te stellen hoeveel paddenstoelen er zijn. Dit is namelijk afhankelijk van wat je allemaal onder een paddenstoel verstaat. Daarnaast zijn de meeste soorten paddenstoelen ontzettend klein en onopvallend.”

Dit jaar heb ik maar liefst 6 blogs over dit (soms schimmige) schimmelrijk geschreven. Hoewel ik nog een keer met de Slobkousjes wil meegaan, is dit waarschijnlijk toch de laatste keer dit jaar dat ik nog wat soorten plaats, die ik de moeite waard vind om te laten zien. Maar zeg nooit nooit.......

Mocht je nog niet "paddenstoelenmoe" zijn, klik dan op deze link. Hier vind je alle paddenstoelen waar ik een foto van maakte. Om al mijn  blogs over paddenstoelen terug te lezen, moet je op deze link klikken.

valse hanenkam

gele korstzwam

gewone krulzoom

Roodbruine schijnridderzwam

sierlijke franjehoed

nevelzwam

grote oranje bekerzwam

bostrechterzwam

witgele russula

Een onbekende soort, maar tot het bittere eind mooi om te zien

Blogarchief