700 schapen te voet naar natuurgebied Smeetshof.
Bocholt - "Herder Johan leidt op zaterdag 18 oktober samen met zijn zoon een kudde schapen vanuit Wijshagen naar het Smeetshof. Dat onder begeleiding van schapencolly´s en enkele vrijwilligers. De route loopt meestal over rustige veldwegen en kruist, onder politietoezicht, de Meeuwerweg, Peerderbaan en Bocholterweg richting de brug van Beek. In de late namiddag arriveert de kudde aan de Napoleonsdijk".
Aldus "het Belang van Limburg".
Voor mij aanleiding om naar de aankomst op 18 oktober te gaan, want 700 schapen over de weg en de aankomst, dat is toch zeker de moeite van het bekijken waard. En zeker op zo'n prachtige dag.
De kudde bevindt zich het grootste deel van het jaar op het militair domein in Houthalen-Helchteren (de Sonnisheide ) voor de instandhouding van de heideterreinen. Om het evenwicht tussen de verschillende (soms zeldzame)planten- en dierensoorten op dit uitgestrekte domein te bewaren, wil en kan men in de winter de hei echter niet laten begrazen. Men laat de hei als het ware "tot rust" komen.
Vandaar dat er naar een nieuw natuurgebied is gezocht voor de begrazing. De keuze is dus gevallen op de Smeetshof. Hiervoor moesten de dieren echter een afstand van ruim 30 km moeten afleggen. Het transport met wagens zou twee dagen kosten, vandaar de keuze om via binnenwegen met de schapen naar het gebied in Bocholt te lópen. De kudde is donderdag al vertrokken en legde elke dag ongeveer 10 km. af.
Ze verblijven bijna een maand op de Smeetshof om het gras en boomopslag vakkundig te kortwieken, dus je hebt nog even de tijd voor een bezoekje.
De schapen zijn Lovenaars; een ras verkregen uit een kruisingsprogramma, dat in 1979 op de proefhoeve van K.U. Leuven werd opgestart. Het is een kruising tussen het Belgisch Melkschaap en het Suffolk-schaap.
Zo kreeg de Lovenaar het beste van de twee: een sterk lijf met stevig pootwerk om moeilijk terrein aan te kunnen, maar ook een hoge vruchtbaarheid, de zelfredzaamheid bij het lammeren, uitstekend vlees en een goede melkproductie.
Oorspronkelijk was het schaap bedoeld als deel van een mogelijk antwoord op de boterberg en melkplas in de jaren 80; de runderstapel moest afnemen en de Lovenaar zou het vleestekort kunnen compenseren. Toen dat probleem opgelost was door het nieuwe landbouwbeleid en een veranderende markt, was het schaap in feite overbodig, maar heeft Johan Schouteden het fokprogramma overgenomen, omdat de Lovenaar een ideaal schaap was voor zijn doeleinden (het fokken van slachtlammeren met een uitzonderlijke vleeskwaliteit).
Schapen worden meestal niet bij de grote grazers gerekend. Ten onrechte naar mijn mening, want ze weten wel raad met een gebied; deze 700 schapen begrazen namelijk gemiddeld per dag 1 ha. Ze eten eerst het jonge malse gras en de planten die ze lekker vinden. Ze grazen het gras heel kort, zodat door de verschraling een dichter, steviger en bloemrijker grasland ontstaat, dat weer een geschikt biotoop vormt voor bijvoorbeeld leeuwerik, kwartel, patrijs en kievit.
Pas daarna beginnen ze aan de wat minder smakelijke planten, de jong uitgeschoten boompjes en struiken, waardoor ze de altijd dreigende verbossing een halt toeroepen.
Dit is niet wat men met de kleine groep taurossen, in het Nederlands deel van Kempen~Broek, zou klaar spelen. Hun manier van grazen is namelijk heel anders en kan in kwetsbare gebieden zelfs schadelijk zijn. Het zal toch ook niet de bedoeling zijn, dat de taurossen (zoals nu trouwens wel gebeurt), alleen maar grazen op de "gewone" weilanden (dat kunnen "gewone" koeien namelijk ook), maar dat ze ingezet worden in de ruigere gebieden, die voor andere grazers moeilijk toegankelijk zijn.
Door alleen de begrazing met galloways en door machinaal maaien, kan men momenteel Smeetshof niet op orde krijgen. Vandaar dat de keuze gevallen is op deze 700 schapen. Zo snijdt het mes aan 2 kanten: Natuurpunt Bocholt hoopt nog meer diversiteit te creëren en de herder is met zijn kudde weer een tijd "onder de pannen". In de toekomst zal uit kostenoverweging helaas weer machinaal gemaaid moeten worden, hoewel dat niet zo milieu- en natuurvriendelijk is. Helaas.
Wat machinaal maaien teweeg brengt, is bijvoorbeeld nu goed te zien op de Kettingdijk. Omdat men te lang gewacht heeft met ingrijpen, is het grasland en het broekbos, door toedoen van de bever, via de afwateringsslootjes en -sloten "overstroomd" door het vervuilde en voedselrijke water van de Lossing en is men aan de slag moeten gaan met zwaar materieel, omdat men er op een andere manier niet kon op komen.
Ik vrees dat door deze activiteiten dat gedeelte van de Kettingdijk een terugslag heeft gekregen van ettelijke jaren. Ik ben benieuwd hoe het er volgend voorjaar bij zal liggen en of we nog de rijke flora zullen aantreffen, die we er eerder zagen.
Slachtoffertjes door de inzet van zwaar materieel |
Ik vraag me af waarom Ark/Natuurmonumenten trouwens niet heeft gekozen voor de begrazing van dat grasland met schapen. Het beperkt aantal taurossen kan niet wat 700 schapen in enkele dagen voor elkaar krijgen. Een gemiste kans in mijn ogen.