Weert en omgeving

Introductie Natuur in Weert en omgeving.
Op onderstaande tabel zie je een overzicht van de door mij bezochte natuurgebieden. Deze kun je aanklikken.
Woorden in de berichten die rood gekleurd zijn, verwijzen naar een onderwerp. Als je daar op klikt kom je in dat bericht terecht. Door links bovenaan het scherm op het pijltje te klikken, ga je weer terug naar het vorige bericht.

"De huidige gemeente Weert en omgeving was in oude tijden voor ¾ omringd door woeste gronden, plassen en moerasgebieden. Het "eiland van Weert" kon toen ook alleen maar bereikt worden via hoger gelegen zandruggen (een overblijfsel uit de ijstijd), die in de moerassige gebieden lagen." (Bron: Stan Smeets, in "Andermaal Altweert").
Volledige tekst >>

Select language

Volgers

COPYRIGHT.. Zonder mijn toestemming mag geen gebruik worden gemaakt van mijn foto's en tekst.......


donderdag 25 december 2025

Herfst 2025.......Paddenstoelentijd deel 3: Van alles wat

Vanwege wat gezondheidsproblemen ben ik dit jaar niet erg actief geweest op mijn blog, waarvoor mijn excuses. Dus hoewel het eigenlijk een prima jaar was met mooie, interessante paddenstoelenvondsten,  heb ik daar pas 2 posts over geplaatst. Omdat het de laatste kans van dit jaar is, plaats ik nu en ook volgende week een post van een aantal waargenomen soorten. Daarna ga ik in “winterslaap” , om straks in het voorjaar, hopen op wat minder droog weer dan afgelopen jaar en om eens wat niet eerder waargenomen voorjaarssoorten te begroeten. 

rossige melkzwam
De ROSSIGE MELKZWAM (Lactarius rufus) wordt voornamelijk aangetroffen in de buurt van naaldbomen, zoals sparren, maar hij kan ook voorkomen nabij berken. Hij is te vinden van de late lente tot in de late herfst. De paddenstoel heeft een gewelfde roodbruine hoed, die trechtervormig kan worden naarmate ze groter wordt. De soortaanduiding rufus (Latijn voor rossig) refereert aan de kleur van de paddenstoel. De hoed kan een diameter van 10 cm bereiken.
De lamellen, die veelal duidelijk zichtbaar zijn door de trechtervorm van de hoed, zijn oranje, geel tot donkerbruin van kleur. Het melksap stroomt vrij overvloedig. Het is waterig wit, mild van smaak, maar laat een bittere nasmaak achter. Het heeft een harsachtige geur.
spinellus fusiger 
SPINELLUS FUSIGER (er is geen Nederlandse naam voor) groeit als een parasitaire knop- of speldenschimmel op paddenstoelen, waaronder verschillende soorten Mycena. Daarom is het ook wel bekend als mycenaparasiet, maar het wordt ook aangetroffen op soorten als het Eikenbladzwammetje en Botercollybia. 
close-up van de knopschimmel  spinellus fusiger
Tijdens de voortplantingsfase groeit de schimmel door de hoed van de gastheerpaddenstoel heen en breekt uiteindelijk door de hoed heen om voortplantingsstengels (sporangioforen) te produceren met daarop minuscule, bolvormige sporenbevattende structuren, sporangia genaamd. Het sporenkopje is in het begin melkwit en heeft in volwassen stadium een zwarte kleur. Het meet 0,1 mm in diameter. Het sporenkopje groeit op een tot 2 cm lange doorzichtige draad.
Knoopzwam p.p. - waarschijnlijk de Grootsporige paarse knoopzwam
Op een sterk verrotte stam trof ik deze mooie knoopzwammen aan, die ik noteer als: KNOOPZWAM P.P.  Met de toevoeging Pro Parte (Latijn voor "deels") wordt bedoeld dat er meerdere soorten onder deze naam schuil kunnen gaan.  Al eerder heb ik iets geschreven over de Paarse knoopzwam, maar bij een vondst van een Paarse knoopzwam moet er tegenwoordig verplicht microscopisch onderzoek gedaan worden om de juiste soort te determineren. 
 Gaandeweg is men namelijk gaan inzien dat je niet over dé Knoopzwam kunt praten, want microscopisch onderzoek heeft laten zien dat deze soort in het veld anders niet te onderscheiden is van nauwverwante soorten.   In dit specifieke geval verwijst "Knoopzwam p.p." dus naar zowel de Paarse knoopzwam (Ascocoryne sarcoides) als de Grootsporige paarse knoopzwam (Ascocoryne cylichnium)
Omdat deze twee soorten erg op elkaar lijken, worden waarnemingen ook vaak onder de gezamenlijke naam "Paarse knoopzwam sl." ingevoerd. SL = sensu lato, wat "in ruime zin" betekent.
gerimpelde korstzwam 
Ik ben er bijna zeker van dat dit de GERIMPELDE KORSTZWAM (Stereum rugosum) is, maar toch zijn er enige twijfels. Het is namelijk niet goed meer na te gaan van welke boom deze stronk is. De Gerimpelde korstzwam komt voor in de meeste soorten loof- en gemengde bossen. De voorkeur gaat vooral uit naar beukenbossen (zoals de Herbertusbossen in Heeze, waar ik hem vond), maar het zou ook de Eikenbloedzwam kunnen zijn, want eiken staan daar ook......

Deze korstzwam soort leeft saprotroof op dode, nog staande stammen of stronken  (of ook soms als wondparasiet), in bossen en parken op allerlei grondsoorten. Het oppervlak is bruingeelachtig of grijsgeel en gerimpeld. Bij vochtig weer is de zwam grijs tot roestbruin van kleur. Eventuele schelpvormige 'hoedjes' zijn donkerbruin en viltig. Door stevig erover te wrijven of te krabben wordt het geelachtige oppervlak rood. Bij droge vruchtlichamen komt de rode kleur pas tevoorschijn na bevochtiging. Dat geldt overigens ook voor de Eikenbloedzwam.
toefige labyrintzwam
Deze TOEFIGE LABYRINTZWAM (Abortiporus biennis) op een bedje van gewoon klauwtjesmos, is een nog heel jong exemplaar uit de familie Meruliaceae. Van toefjes is hier nog geen sprake. Na verloop van tijd krijgen ze meestal een rozetvorm waar de toefjes wel te zien zijn, maar ze kunnen de vreemdste vormen aannemen. Ze produceren vaak guttatiedruppels die vaak rood/oranje kleuren, waardoor ze ook wel Bloeddruppelzwam worden genoemd.
onderkant van de toefige labyrintzwam
Andere soorten die bij de familie  Meruliaceae horen, zijn bijvoorbeeld de spekzwoerdzwam, donzige korstzwam, paarse korstzwam, grijze buisjeszwam , bleke- en gele stekelkorstzwam. 
Als de paddenstoel jong is, is de hoedkleur nog licht (loodwit-achtig), later wordt hij wat donkerder (lichtroze) van kleur. De bovenzijde van de hoed is fluweelachtig en voelt wat viltig aan.

 voorbeelden van uiteindelijke vormen van de toefige labyrintzwam
Al eerder dit jaar vond ik in het Munningsbos (Sint Odilienberg) meerdere "volwassen" exemplaren op een vergane beuk. In mijn blog kun je nog meer oudere en bijzonder afwijkende exemplaren bekijken en kun je ook wat meer over deze bijzondere paddenstoel lezen.  Heb ik je nieuwsgierig gemaakt? Klik dan HIER.
roestkleurige borstelzwam
De ROESTKLEURIGE BORSTELZWAM (Hymenochaete rubiginosa) is een saprotrofe paddenstoel (groeit dus op stronken en liggende dode stammen) uit de familie Hymenochaetaceae. Je treft hem aan op loofbomen, vooral eiken, wat hier ook het geval was. Het is een witrot veroorzakende zwam die het gehele jaar voorkomt. Hoewel hij in onze omgeving minder vaak voorkomt, is het in Nederland en België algemeen en thans niet meer is bedreigd (TNB). Het is een taaie soort en je kunt hem nog steeds vinden.
onderkant van de Roestkleurige borstelzwam
Het vruchtlichaam heeft een doorsnede van 4–7 cm. De in de breedte aan het hout gehechte duidelijk afstaande hoedjes groeien in rijen naast en/of boven elkaar. Ze zijn vaak sterk met elkaar vergroeid en hangen dikwijls wat schuin naar onder. De bovenzijde is dof fijnviltig en gezoneerd. Het dunne vlees is taai en donkerbruin. Bij de aanhechting is de kleur bijna zwart donkerbruin, naar de rand toe zijn er meerdere wisselend getinte bruine zones. De onderzijde is glad of wat bultig en wijnrood van kleur. De geur is onopvallend.
kroontjesknotszwam
De KROONTJESKNOTSZWAM (Artomyces pyxidatus) is een relatief nieuwe soort in Nederland, met de eerste officiële vondst in 1996. Deze opvallende zwam werd vervolgens in 2002 ook in Vlaanderen bevestigd, en is sindsdien een zeldzame maar bekende soort. Het is een schimmel uit de familie Auriscalpiaceae. Daar horen o.a. ook de Oorlepelzwam en de Bruine anijszwam bij. In Nederland komt de soort nu (anno 2025) vrij algemeen voor. Het is niet bedreigd en staat ook niet op de rode lijst. 
kroontjesknotszwam
 Hij groeit op liggende, ontschorste stammen, vooral van (ratel)populieren, maar ook van wilgen. Ik kon hier niet zien van welke boom deze stam was. Voorts is de kleur hiervan geeloker met vleeskleurige tint tot lichtkaneelkleurig met gelige toppen. Het eenjarige vruchtlichaam heeft een lengte van 4 tot 12 cm. De vorm is kandelaarachtig met rechtopstaande takken. 
detail van de kroontjesknotszwam
De kroontjesknotszwam mag dan wel lijken op de rechte koraalzwam (Ramaria stricta), maar het meest karakteristieke kenmerk van deze soort is de kandelaarachtige vorm met kroonvormige toppen. Het mag dan wel een spectaculaire koraalzwam-achtige paddenstoel zijn, maar de Kroontjesknotszwam is zelfs niet verwant met koraalzwammen. Daarover is men het op basis van microscopische kenmerken al snel eens geworden. De takken staan dicht bij elkaar. De basis is stronkachtig vergroeid. De kleur is bleek vleeskleurig tot beige of okergeel. Het elastische, ietwat taaie vlees (trama) is wit tot geelachtig van kleur en wordt bruin bij wrijven.
mollisia p.p.
De vruchtlichamen van deze soort zijn kleine steelloze schijfzwammetjes van ca. 2 à 3 mm. doorsnee. Waarschijnlijk is dit de veel voorkomende GEDRONGEN MOLLISIA (Mollisia cinerea), maar dat is onzeker. In Europa komen namelijk ruim 50 soorten voor, die zonder microscoop en eventueel chemisch onderzoek niet of nauwelijks gedetermineerd kunnen worden. Dat is hier niet gedaan. 
Vandaar de naam mollisia p.p. of met andere woorden: een onbekende mollisia. 
mollisia p.p.
Het is een beker- tot schotelvormige zakjeszwam die voor komt in groepen van soms wel honderden tegelijkertijd. Hij leeft saprotroof op vermolmd hout van allerlei soorten loofbomen, zoals beuk, berken, eik, hazelaar of linde. Bij uitzondering ook op naaldbomen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Blogarchief